zondag 22 mei 2011

Positieve kijk

Een paar weken geleden blogde ik over de zo positief ver/ge-lopen Paasloop in Pijnacker, met de vraag 'hoe kwam het'? Diezelfde vraag kan ik nu wel weer stellen over mijn huidige toestand. Het gaat inmiddels weer wat beter, maar vorige week voelde mijn knie de hele week alsof ik op 1 been een 5 km wedstrijd had gehinkeld ...

Misschien moet ik de oorzaak van de terugval uiteindelijk toch zoeken in diezelfde Paasloop. En de daarop volgende (iets te) enthousiaste trainingsinzet. Tja, ik mocht het in die tijd best een beetje voelen van mijn fysiotherapeut, maar wat is een beetje?! Inmiddels gaat het weer iets beter, maar wat lijkt een wedstrijd nu weer ver weg... Sinds maandag ben ik - 2,5 week na mijn ontslag  - weer opnieuw aangenomen bij de fysio en met hernieuwde energie begonnen aan mijn nog niet verleerde oefeningen...

Ik probeer de situatie maar zo positief mogelijk in te zien...

Zo kan ik me met die oefeningen in de fitnesszaal - die nu uitgebreider, zwaarder en frequenter zijn dan ooit - toch nog een beetje sportman voelen. Erg lekker om weer eens goed te zweten en de volgende dag flinke spierpijn te voelen. Alleen het competitie-element ontbreekt nog. Ik zou de strijd kunnen aangaan met mede-fitnessers (wie kan het hardst infietsen, wie kan het meeste gewicht wegduwen met 1 been) maar dat is vermoedelijk niet per se het meest positief voor het herstel van mijn knie...



Bovendien heb ik dat soort alternatieven helemaal niet nodig om in deze tijden alsnog unieke prestaties neer te kunnen zetten. Ondanks alles heb ik de afgelopen periode namelijk nog meerdere hardlooprecords gebroken. Zo liep ik in Leiden mijn langzaamste 10 kilometer ooit, verbrak ik in de periode erna regelmatig mijn record 'kortste training ooit'  en ben ik op dit moment hard op weg naar mijn langste aaneengesloten periode zonder hardlopen sinds tijden... Die wapenfeiten neemt niemand me meer af.

Er zijn ook nog andere - iets serieuzere - voordelen. Zo heeft deze blessure me gedwongen tot krachttraining. Nu pas (wellicht wat laat, na bijna 10 jaar hardlopen) zie ik in hoeveel baat je hier als loper van hebt. Niet alleen om blessures te verhelpen en - beter nog - voorkomen, maar zeker ook om prestaties te verbeteren. Ik sluit niet uit dat die Paasloop zo makkelijk voelde door de krachttraining van de weken ervoor. En misschien dat het ook nog wat spierpijn scheelt na mijn volgende halve of hele marathon.

En dan is er ten slotte nog de mentale winst van zo'n gedwongen rustperiode. Niet alleen doet die me weer extra inzien hoe mooi de sport eigenlijk is, bewust of onbewust ben ik er ook mijn geduld, incasseringsvermogen en doorzettingsvermogen flink mee aan het trainen. Eigenschappen die in een wedstrijd vaak genoeg uitstekend van pas komen...

Kortom, what doesn't kill you makes you stronger...

zondag 8 mei 2011

Waar doe ik het voor?

Het herstel van mijn wiebelknie vergt toch wat langer dan ik gehoopt had, voorlopig dus nog even geen wedstrijden voor mij. En dat is jammer, want ik kijk er al weer naar uit weer eens lekker kapot te gaan op een 5 of 10 kilometer. Ook al is het eigenlijk maar een raar fenomeen, de 'wegatletiekamateurwedstrijdsport'. Ik behoor nu eenmaal tot de amateurlopers mét KNAU-licentie en ambitie, maar zónder het aangeboren talent om echte snelle tijden te lopen. Trots heb ik rechts hiernaast mijn PR's opgesomd. Maar het verschil met de top is en blijft - vind ik zelf - schokkend. Niet alleen met de internationale top, maar ook met de landelijke en zelfs de regionale...

Geen bier onder de douche
En wat voor mij geldt, geldt voor vele collega-lopers. De gemiddelde hardloper zal waarschijnlijk nooit het genoegen smaken een wegwedstrijd te winnen. (Ook als laatste eindigen is trouwens voor maar weinig mensen weggelegd, dat is de andere kant). Het is het lot van de wegatletiekamateurwedstrijdloper. We nemen onze sport serieus, maar zien onze trainingsarbeid en doorzettingsvermogen nooit beloond met een podiumplek of een bokaal. Laat staan dat we - zoals de teamsporter - het gevoel kennen na afloop van een gewonnen wedstrijd zingend met een krat bier onder de douche te staan. Wij zijn blij met een 13e, 47e of 178e plaats (afhankelijk van de schaal van de wedstrijd), drinken ons Extrannetje en haasten ons naar huis voor een stevige maaltijd om onze eiwitvoorraad aan te vullen. Want we hebben in Runner's World gelezen dat dat goed voor ons is.

Ook wat toeschouwers betreft worden we meestal niet verwend, de Rotterdam Marathon en een paar andere grote wedstrijden daargelaten. Ok, er staan ook bij lokale hardloopwedstrijden meer mensen langs de kant dan bij een gemiddelde tennis- of voetbalwedstrijd, maar dan wel verspreid over een lint van minimaal 5 kilometer... En vaak ook nog voor 95% gecentreerd rond de finish. Het meest pijnlijk wordt het op stukken parcours die over of langs plekken gaan waar het dagelijks leven gewoon zijn gang gaat. Bij wedstrijden over het strand bijvoorbeeld. Terwijl lokale dorpsbewoners er op hun gemakje de hond uitlaten, verliefde stelletjes over het strand slenteren en kinderen aan ijsjes likken, werken wij ons op datzelfde strand met rood aangelopen hoofd en verzuurde bovenbenen op een meter afstand van dit 'publiek' in het zweet. Hoe vaak heeft mijn lichaam op zo'n moment al niet vanuit al mijn porieen geschreeuwd 'Vind ik dit leuk?'of 'Waar doe ik dit allemaal voor?' Voor de medaille? Mwoah. Alleen - opnieuw diezelfde uitzondering - op die van Rotterdam ben ik echt trots.

Magische grenzen
En toch kan ik niet wachten tot de eerstvolgende wedstrijd waar ik weer kan 'knallen'. Want de overwinning cq beloning bij het hardlopen zit niet alleen in het verbeteren van PR's of het doorbreken van magische grenzen  (voor mij: 40 minuten op de 10 km of 1,5 uur op de HM, misschien ooit 3 uur op de Marathon), maar vooral ook in de kleine en onverwachte dingen. Je totaal uit vorm voelen en toch opeens - voor jouw doen - de sterren van de hemel lopen. Een loper inhalen waarvan je weet dat die op papier eigenlijk sterker is. Even het gevoel hebben dat het allemaal vanzelf gaat, al is het maar voor een paar minuten en zak je daarna weer volledig in. Op het laatste rechte stuk nog de energie hebben voor een eindsprint en daarmee op de valreep nog eens 3 mensen inhalen. En zo kan ik nog wel even doorgaan...

Het is een beetje zoals met deze weblog. Het zou best leuk zijn wat meer publiek te hebben of misschien af en toe een reactie/aanmoediging te krijgen. En de Dutch Bloggie Award zal ik wel nooit winnen (al is het maar omdat die niet meer bestaat). Maar zo lang ik me niet blesseer met een writer's block, schrijf ik gewoon door.