zondag 12 maart 2017

Bloed, zweet en tranen

Sinds begin dit jaar doe ik iedere week aan theatersport. Een sport waar veel mensen geen beeld bij blijken te hebben. Of een volledig verkeerd beeld. Je zou kunnen denken dat het heel fysiek is, of juist dat het thuishoort bij de denksporten. Dat eerste kan soms, maar hoeft niet, dat tweede is alles behalve waar. Daar is regel 2 uit het reglement der theatersport duidelijk over:

1. Je moet lol hebben
2. Je mag niet nadenken

Toch ben ik deze nieuwe hobby na 8 weken wel degelijk als een sport gaan ervaren. Voor improvisatietheater, een synoniem dat al wat meer zegt, heb je namelijk geen repetities - juist geen repetities! - maar speel je ‘games’. En de beoefening ervan kost regelmatig bloed, zweet en tranen...






Bloed
Terwijl ik dit typ voel ik nog steeds die gevoelige plek in mijn rechterhand. De opdracht was een emotie uit te beelden, oplopend op een schaal van 1 tot 10. Mijn voorganger had al een 9 gescoord op wanhoop en toen was het mijn beurt. Zonder na te denken stortte ik mijzelf ter aarde en bonkte hard met mijn vuisten op de harde vloer... Het was slechts een interne bloeding – ok, gewoon een blauwe plek, in theatersport leer je overdrijven - maar mijn eerste blessure was een feit. Overigens gaat binnen de vereniging het hardnekkige gerucht dat zich in een andere cursusgroep al een keer een beenbreuk heeft voorgedaan.

Zweet
Een mooi verhaal maken; niet zoals ik dat normaal probeer te doen - alleen achter een bureau, op basis van feiten en rustig overdenkend - maar samen met medevertellers door vrij associĆ«rend zin voor zin voort te borduren op elkaar. Sportverslaggever zijn bij het WK slow motion duizendpoot tellen. Kandidaat zijn in een datingshow met onder meer Bert (van Ernie) en (Albert) Einstein. Ook dit zonder enige voorbereiding. Geloof me, dat is soms best zweten. Voor mij wel in ieder geval. Overigens levert al die inspanning wel progressie en resultaat op. Niet via overwinningen of roem, maar doordat ik me steeds beter aan eerdergenoemde regels weet te houden.

Tranen
Bij theatersport kun je geen fouten maken, dus tranen van teleurstelling zijn niet aan de orde. Toch is het, ondanks regel 1, nog wel eens een verdrietige toestand op onze theatervloer. Bijvoorbeeld omdat de opdracht simpelweg is om zo verdrietig mogelijk te kijken - oog in oog met een medespeler die er op hetzelfde moment zelf alles aan doet om zo neutraal mogelijk te blijven kijken. Of omdat een situatie zodanig hilarisch is dat de tranen je in de ogen springen van het lachen. Die hilariteit kan overigens net zo goed bedoeld als onbedoeld zijn. Op ons niveau geldt meestal het laatste, maar hoe zonde zou het zijn als dat de pret zou drukken?

1 opmerking: