zaterdag 9 juli 2011

Dromen van Ajax-Feyenoord

Het is exact een half jaar na de eerste post op deze weblog: een verslag van de halve marathon van Egmond. Ergens tijdens of na die wedstrijd, een van mijn beste ooit, ging er iets mis in de knie. Dat k-woord kwam vervolgens voor in te veel van de volgende posts. Ook al probeer ik positief te blijven en ligt het niet aan de inspiratie, het bloggen is even mooi geweest. Eerst maar weer eens helemaal fit worden. Gezien de schematische weergave van mijn herstel tot nu toe, is de tijd die dat nog gaat vergen behoorlijk onvoorspelbaar...


Als blogger voel ik me nu als een sportverslaggever die geweerd wordt bij wedstrijden en alleen nog maar toegelaten wordt tot de massagetafel, het trainingsveld en de persconferenties. Die weliswaar nog steeds verslag kan doen van 'het wereldje' - mede door te putten uit zijn geheugen -, maar die zich nu even te veel een buitenstaander voelt. Voorlopig even geen lopende zaken dus, maar ooit zal deze blog ruimte gaan bieden aan de ultieme post. Een terugblik op mijn tweede marathon; mijn eigen Ajax-Feyenoord.

zondag 26 juni 2011

Van de andere kant

Een dag na de VTM Telecomloop in Maasdijk werd ik vanochtend wakker met spierpijn. Niet in mijn bovenbenen of kuiten, maar in mijn borstspieren en bovenarmen. Hoe ik dat voor elkaar heb gekregen? Iets met een grondboor, vlaggenmasten en parasolvoeten van meer dan 40 kilo zwaar.

Een paar weken geleden besloot ik me op te geven als vrijwilliger bij de betreffende loop. Meelopen was met mijn blessure toch nog geen optie en het leek me een mooie gelegenheid om zo'n evenement eens van de andere kant mee te maken. Dat het vrijwel de hele dag zou regenen, dat kon toen nog niemand voorspellen...

Westlands oergesteente
Om kwart over 7 zat ik op de fiets. Richting een druilerig grasveldje in het hart van het Westland, dat de uren erna zou worden omgebouwd tot een bruisend 'Malieveld van Maasdijk'. Naast het ophangen van sponsordoeken en beach flags, het opzetten van tenten en kraampjes en het  plaatsen van dranghekken en parasollen, ontwikkelde ik mezelf vooral tot 'hoofd grondboren', verantwoordelijk voor zo'n 25 1-meter-diepe gaten (dwars door nauwelijks doordringbaar Westlands oergesteente) voor evenzoveel vlaggenmasten.

Nou moet ik er bij vermelden dat ik over het algemeen niet echt uitblink in spierkracht en handigheid, dus een echte onmisbare vrijwilliger voelde ik me deze ochtend nog niet. Maar die vlaggenmasten stonden best recht, vond ik, en ik heb in elk geval niet in de weg gelopen.

Anders was het in de middag: toen voelde ik me zeker belangrijk en liep ik wel degelijk in de weg. Voor de auto's weltevestaan. Als verkeersregelaar had ik de eer - samen met 2 collega's - het drukste punt van het parcours te verdedigen: waar de Lange Kruisweg de Pettendijk kruist. Nou, dan weet je het wel...


Buurtbewoners die 'echt om de hoek wonen en dan toch best wel even een stukje over het parcours mogen', een stoet van zo'n 50 uitgelaten solex-rijders die als een zwerm bijen op je af komt en het parcours gezamenlijk wil oversteken, een stel aggressieve Westlandse tuinders die hun auto uitstappen en verhaal komen verhalen omdat de hele rotonde is vastgelopen. Op dat soort momenten inschatten wanneer je een auto wel of niet kan laten oversteken - op basis van gaten in het loperspeloton -, en vervolgens weer met gevaar voor eigen leven voor de volgende auto springen - omdat die er van uitgaat er vooral snel achteraan te moeten - dat zorgt nog best voor de nodige adrenaline. Topsport is het!

Brandweer tegenhouden
Ook mooi: lopers die ondanks hun vermoeidheid en concentratie de moeite doen je met een gemeend 'bedankt', een opgestoken hand of simpelweg een kort knikje bedanken voor hun vrije doortocht. Ik moet eerlijk zeggen dat ik daar zelf als loper nog nooit de energie voor heb opgebracht... En wie kan zeggen dat hij wel eens vol overtuiging en met 1 simpele handbeweging een brandweerwagen (zonder sirene weliswaar) tot stilstaan heeft gebracht?

Moraal van het verhaal lijkt me duidelijk. Wie ook zo geniet van het lopen van wedstrijden en eens geblesseerd is: maak zo'n dag eens van de andere kant mee. Je begeeft je in goed gezelschap, want ik denk dat het vrijwilligerscorps gisteren zeker voor de helft uit mede-gebleseerde lopers bestond. Als ik tegen die tijd weer fit ben en langs je loop, beloof ik zeker even een knikje te geven.

zondag 22 mei 2011

Positieve kijk

Een paar weken geleden blogde ik over de zo positief ver/ge-lopen Paasloop in Pijnacker, met de vraag 'hoe kwam het'? Diezelfde vraag kan ik nu wel weer stellen over mijn huidige toestand. Het gaat inmiddels weer wat beter, maar vorige week voelde mijn knie de hele week alsof ik op 1 been een 5 km wedstrijd had gehinkeld ...

Misschien moet ik de oorzaak van de terugval uiteindelijk toch zoeken in diezelfde Paasloop. En de daarop volgende (iets te) enthousiaste trainingsinzet. Tja, ik mocht het in die tijd best een beetje voelen van mijn fysiotherapeut, maar wat is een beetje?! Inmiddels gaat het weer iets beter, maar wat lijkt een wedstrijd nu weer ver weg... Sinds maandag ben ik - 2,5 week na mijn ontslag  - weer opnieuw aangenomen bij de fysio en met hernieuwde energie begonnen aan mijn nog niet verleerde oefeningen...

Ik probeer de situatie maar zo positief mogelijk in te zien...

Zo kan ik me met die oefeningen in de fitnesszaal - die nu uitgebreider, zwaarder en frequenter zijn dan ooit - toch nog een beetje sportman voelen. Erg lekker om weer eens goed te zweten en de volgende dag flinke spierpijn te voelen. Alleen het competitie-element ontbreekt nog. Ik zou de strijd kunnen aangaan met mede-fitnessers (wie kan het hardst infietsen, wie kan het meeste gewicht wegduwen met 1 been) maar dat is vermoedelijk niet per se het meest positief voor het herstel van mijn knie...



Bovendien heb ik dat soort alternatieven helemaal niet nodig om in deze tijden alsnog unieke prestaties neer te kunnen zetten. Ondanks alles heb ik de afgelopen periode namelijk nog meerdere hardlooprecords gebroken. Zo liep ik in Leiden mijn langzaamste 10 kilometer ooit, verbrak ik in de periode erna regelmatig mijn record 'kortste training ooit'  en ben ik op dit moment hard op weg naar mijn langste aaneengesloten periode zonder hardlopen sinds tijden... Die wapenfeiten neemt niemand me meer af.

Er zijn ook nog andere - iets serieuzere - voordelen. Zo heeft deze blessure me gedwongen tot krachttraining. Nu pas (wellicht wat laat, na bijna 10 jaar hardlopen) zie ik in hoeveel baat je hier als loper van hebt. Niet alleen om blessures te verhelpen en - beter nog - voorkomen, maar zeker ook om prestaties te verbeteren. Ik sluit niet uit dat die Paasloop zo makkelijk voelde door de krachttraining van de weken ervoor. En misschien dat het ook nog wat spierpijn scheelt na mijn volgende halve of hele marathon.

En dan is er ten slotte nog de mentale winst van zo'n gedwongen rustperiode. Niet alleen doet die me weer extra inzien hoe mooi de sport eigenlijk is, bewust of onbewust ben ik er ook mijn geduld, incasseringsvermogen en doorzettingsvermogen flink mee aan het trainen. Eigenschappen die in een wedstrijd vaak genoeg uitstekend van pas komen...

Kortom, what doesn't kill you makes you stronger...

zondag 8 mei 2011

Waar doe ik het voor?

Het herstel van mijn wiebelknie vergt toch wat langer dan ik gehoopt had, voorlopig dus nog even geen wedstrijden voor mij. En dat is jammer, want ik kijk er al weer naar uit weer eens lekker kapot te gaan op een 5 of 10 kilometer. Ook al is het eigenlijk maar een raar fenomeen, de 'wegatletiekamateurwedstrijdsport'. Ik behoor nu eenmaal tot de amateurlopers mét KNAU-licentie en ambitie, maar zónder het aangeboren talent om echte snelle tijden te lopen. Trots heb ik rechts hiernaast mijn PR's opgesomd. Maar het verschil met de top is en blijft - vind ik zelf - schokkend. Niet alleen met de internationale top, maar ook met de landelijke en zelfs de regionale...

Geen bier onder de douche
En wat voor mij geldt, geldt voor vele collega-lopers. De gemiddelde hardloper zal waarschijnlijk nooit het genoegen smaken een wegwedstrijd te winnen. (Ook als laatste eindigen is trouwens voor maar weinig mensen weggelegd, dat is de andere kant). Het is het lot van de wegatletiekamateurwedstrijdloper. We nemen onze sport serieus, maar zien onze trainingsarbeid en doorzettingsvermogen nooit beloond met een podiumplek of een bokaal. Laat staan dat we - zoals de teamsporter - het gevoel kennen na afloop van een gewonnen wedstrijd zingend met een krat bier onder de douche te staan. Wij zijn blij met een 13e, 47e of 178e plaats (afhankelijk van de schaal van de wedstrijd), drinken ons Extrannetje en haasten ons naar huis voor een stevige maaltijd om onze eiwitvoorraad aan te vullen. Want we hebben in Runner's World gelezen dat dat goed voor ons is.

Ook wat toeschouwers betreft worden we meestal niet verwend, de Rotterdam Marathon en een paar andere grote wedstrijden daargelaten. Ok, er staan ook bij lokale hardloopwedstrijden meer mensen langs de kant dan bij een gemiddelde tennis- of voetbalwedstrijd, maar dan wel verspreid over een lint van minimaal 5 kilometer... En vaak ook nog voor 95% gecentreerd rond de finish. Het meest pijnlijk wordt het op stukken parcours die over of langs plekken gaan waar het dagelijks leven gewoon zijn gang gaat. Bij wedstrijden over het strand bijvoorbeeld. Terwijl lokale dorpsbewoners er op hun gemakje de hond uitlaten, verliefde stelletjes over het strand slenteren en kinderen aan ijsjes likken, werken wij ons op datzelfde strand met rood aangelopen hoofd en verzuurde bovenbenen op een meter afstand van dit 'publiek' in het zweet. Hoe vaak heeft mijn lichaam op zo'n moment al niet vanuit al mijn porieen geschreeuwd 'Vind ik dit leuk?'of 'Waar doe ik dit allemaal voor?' Voor de medaille? Mwoah. Alleen - opnieuw diezelfde uitzondering - op die van Rotterdam ben ik echt trots.

Magische grenzen
En toch kan ik niet wachten tot de eerstvolgende wedstrijd waar ik weer kan 'knallen'. Want de overwinning cq beloning bij het hardlopen zit niet alleen in het verbeteren van PR's of het doorbreken van magische grenzen  (voor mij: 40 minuten op de 10 km of 1,5 uur op de HM, misschien ooit 3 uur op de Marathon), maar vooral ook in de kleine en onverwachte dingen. Je totaal uit vorm voelen en toch opeens - voor jouw doen - de sterren van de hemel lopen. Een loper inhalen waarvan je weet dat die op papier eigenlijk sterker is. Even het gevoel hebben dat het allemaal vanzelf gaat, al is het maar voor een paar minuten en zak je daarna weer volledig in. Op het laatste rechte stuk nog de energie hebben voor een eindsprint en daarmee op de valreep nog eens 3 mensen inhalen. En zo kan ik nog wel even doorgaan...

Het is een beetje zoals met deze weblog. Het zou best leuk zijn wat meer publiek te hebben of misschien af en toe een reactie/aanmoediging te krijgen. En de Dutch Bloggie Award zal ik wel nooit winnen (al is het maar omdat die niet meer bestaat). Maar zo lang ik me niet blesseer met een writer's block, schrijf ik gewoon door.

maandag 25 april 2011

Kwam het door...

  • het positieve effect van de gedwongen relatieve rustperiode die achter me ligt, in verband met mijn wiebelknie
  • de krachttraining  - inclusief de ontelbare kniebuigingen - van de afgelopen weken?
  • de ontspannen start, doordat ik deelname als een testloop zag (in een veel lager tempo dan ik uiteindelijk liep...)?
  • dat ik op mijn best ben onder warme omstandigheden? 
  • mijn 'nieuwe' schoenen, die uiteindelijk - anderhalve maand later dan gepland - toch hun wedstrijddebuut maakten?
  • de overbekende omgeving - precies tussen mijn huidige en mijn ouderlijk huis - waar zoveel trainingskilometers liggen en die het tot een ultieme thuiswedstrijd maakte?
  • dat 8 km - een afstand die ik zo ver ik me herinner nog nooit gelopen had - mij gewoon goed ligt?
  • de extra eiwitten van al die barbeques de afgelopen dagen?
  • dat het simpelweg mijn dag was (hoe is anders te verklaren dat ik in de door de organisatie opgezette loterij-op-startnummer, lopend in Rijk Zwaan-shirt, precies met het groentepakket naar huis ging?)




Feit is dat ik vanochtend zonder diep te gaan een tijd van 33 minuten en een beetje liep op de 5 EM Work Support Paasloop in Pijnacker. En dat mijn knie zich prima gehouden heeft! Nu nog even duimen dat ik geen naweeën krijg... en dan op een naar een nieuw PR op de 10 kilometer!

maandag 11 april 2011

Lopers aanmoedigen tijdens een Marathon

Gisteren stond ik met heel veel plezier langs de kant bij de Rotterdam Marathon: zeker nadat ik hem in 2009 zelf een keer gelopen heb was het weer een feest van herkenning. Maar ik voelde ook een morele plicht: aangezien ik zelf weet wat voor kick je krijgt van het publiek langs de kant, wilde ik mijn loopmaatjes - en de andere duizenden - alle mogelijke steun geven. Maar lopers aanmoedigen tijdens een marathon, dat is nog een hele kunst.



Want wat is nou eigenlijk een goede (effectieve) aanmoediging? Natuurlijk hangt het af van de positie langs het parcours die je kiest, maar normaal gesproken zouden de eerste 30 km voor de marathonloper eigenlijk sowieso gemakkelijk moeten gaan. In die fase is het meer een kwestie van groeten, of misschien alvast succes wensen met wat er komen gaat. Echt aanmoedigen, dat hoeft normaal gesproken pas vanaf een kilometer of 30.

Cliché's
Aangezien de loper dan al een eind gevorderd is, is het verleidelijk een kreet te kiezen uit de categorie 'nog een klein stukkie' of 'je bent er bijna' . Maar ik heb me heilig voorgenomen dat cliché nooit te gebruiken. Ik hou sowieso al niet van cliché's en sinds ik zelf ervaren heb hoe oneindig zelfs de laatste paar honderd meter van een marathon nog kunnen aanvoelen, weet ik dat er bovendien niets van klopt. Of dat het in ieder geval niet zo aanvoelt.

Kortom, juist tussen de 35 en 40 km - wanneer het er echt om gaat - is de noodzaak hoog maar het repertoire beperkt. De contouren van een eindtijd worden voorzichtig zichtbaar (hoewel er uiteindelijk nog een hele hoop te verliezen valt) maar wat kun je daarmee als je de doelen van een loper niet kent? 'Bravo, je gaat onder de 4 uur lopen!' Hoe komt dat over op iemand die een PR van 3,5 uur heeft staan en 4 maanden lang 6 keer in de week getraind heeft om dat die dag te verbreken?

Het is dus handiger als je (de doelen van) iemand kent. Maar gisteren waren de omstandigheden door de warmte voor veel lopers niet ideaal. Ook iemand waarvan je weet dat die voor zijn of haar doen geen toptijd meer zal lopen, wil je het liefst nog een hart onder de riem steken. Maar wat kun je nog als je nadat je iemands aandacht getrokken hebt  door zijn naam te roepen - meteen 'Ik ben helemaal dood' krijgt teruggekaatst? Uhm.. toch maar gewoon de meest eenvoudige aller aanmoedingen dan? 'Kom op!'?

Humor
Als je iemand echt goed kent kun je je nog wenden tot het middel humor, maar dat kan ook nog verradelijk zijn. Iemands gevoel voor humor zou - onder invloed van wanhoop of fysieke pijn - zo maar ineens tijdelijk bijgesteld kunnen zijn. Of als je een hele goed grappenmaker bent praat je iemand misschien in een lachstuip, dat zou ook zonde zijn van zijn of haar energie.

Natuurlijk kun je ook gewoon je mond houden en een moeilijk gezicht naar de in nood verkerende loper trekken, om te zien dat je echt heel erg meeleeft. Maar er komen ook wel eens lopers voorbij die de rollen omdraaien. Die weten op de een of andere manier de energie op te brengen om zelf het publiek op te zwepen. Als Peter van Vossen in zijn beste tijd bij Feyenoord. Het werkt altijd fantastisch want - misschien deels uit schuldgevoel - in zo'n geval veert het publiek vaak massaal op. Vervolgens blijf je even klappen, maar dat houd je ook geen 4 uur achter elkaar vol. (Hoewel je op zich zou kunnen denken dat je 4 uur achter elkaar hardlopen ook niet volhoudt.)

Uiteindelijk hebben jonge kinderen misschien nog wel de meest oprechte, onbevangen en daardoor meest effectieve aanmoedigingen in huis. Maar hoewel ik vaak heel wat jonger geschat wordt dan ik ben, vrees ik dat ik dat effect toch niet meer kan oproepen...

Ach, eigenlijk kun je ook gewoon beter zelf meelopen. Maar om me voor volgend jaar weer in te schrijven heb ik wel nog wat... uhm... aanmoedigingen nodig...

vrijdag 25 maart 2011

Top 3 hardloopervaringen in het buitenland

Morgen vlieg ik voor een kleine week vakantie naar Barcelona. De hardloopschoenen gaan natuurlijk mee, die staan tegenwoordig altijd op mijn paklijst voor buitenlandse trips.

Nou ja, bijna altijd. Een blik in het verleden leert dat juist op mijn meest bijzondere reisbestemmingen de omstandigheden wel erg ongunstig waren voor een lekker duurloopje. In Sri Lanka bijvoorbeeld was het zo heet en vochtig dat alleen al bij de gedachte aan fysieke inspanning het zweet me uitbrak. En mijn bergsportcursus in Oostenrijk had in theorie dan wel een mooie kans geweest voor een pittige heuveltraining, de ondergrond van sneeuw en ijs had zelfs voor een ervaren cross-atleet een hele kluif geweest. Nog los van het feit dat mijn Brooks Glycerines nooit in die stijgijzers waren blijven zitten.

Maar goed, met een beetje moeite kom ik nog net tot - in willekeurige volgorde - een top 3 van buitenlandse hardloopervaringen.

1 Auto's ontwijken in Kroatië

Juist over de grens blijkt altijd weer hoe we als hardlopers verwend zijn in Nederland. Niet alleen met het gematigde klimaat, maar vooral ook met de aanwezigheid van zo veel vlakke en overzichtelijke (fiets)paden. In andere landen is het hiernaar vaak tevergeefs zoeken. En biedt ook de natuur - hoe mooi ook - soms weinig mogelijkheden. Zo ook tijdens mijn vakantie in Kroatië, maar ik had die schoenen toch niet voor niks meegenomen. Dus maar een stukje de autoweg op. Waar campers en bussen me met een noodgang tegemoet kwamen. Over slingerende wegen, zonder belijning en zonder zicht op wat de volgende bocht zou brengen. Na drie kwartier was ik terug op de camping. Kapot. Niet van het tempo, maar puur van de adrenaline van een - achteraf - onverantwoorde onderneming. Een soort Runners's high, maar dan anders.

2 Illusie armer in Athene

Ik was niet in de vorm om meteen maar even de moeder der marathons (die van het plaatsje Marathon naar Athene) te lopen, maar tijdens mijn stedentrip naar atletiek-bakermat Athene moest er natuurlijk wel hardgelopen worden. Helaas raakte ik tijdens mijn eerste poging meteen al een illusie armer: hardlopen in Athene is een ramp! Oke, dat had ik natuurlijk kunnen weten, maar eind oktober dacht ik toch echt dat het wel mee zou vallen met de drukte, uitlaatgassen en smog. Niet dus. Er was weliswaar een stadspark, maar zelfs daar had ik het idee dat mijn in het hotel achtergebleven en nog uitslapende reisgenoot gezonder bezig was. Een bezoek aan het Panathinaiko-stadion - gebruikt tijdens de eerste moderne Olympische Spelen in 1896 - en het olympisch park van 2004 maakten voor de atletiekliefhebber in mij gelukkig een hoop goed.

Voor het Panathinaiko-stadion in Athene

3 Plaatselijke stortbui in Ierland

Ook tijdens een rondreis door het schitterende groene Ierland gingen de schoenen mee. Deze vakantie viel een paar maanden na mijn eerste en enige marathon en aan de vorm die daarop volgde leek maar geen einde te komen. Het drukke programma van de (groeps)reis liet echter weinig ruimte voor een rondje hardlopen, laat staan voor een flinke duurloop. De oplossing was om me door de rest van de groep met het busje ergens af te laten zetten, waarna - terwijl zij boodschappen gingen doen - ik hardlopend terug kon naar de camping. Hier hoefde ik alleen de Ierse kust voor te blijven volgen. Een kust die net zo grillig en onvoorspelbaar was als het Ierse weer die middag weer eens bleek. Supervoldaan maar drijfnat kwam ik aan op de camping, waar de rest van de groep net de bus aan het uitladen was. De bus waar nog steeds onze met stof geschreven namen op stonden te lezen. "Je lijkt wel drijfnat, heb je zo gezweten?"

De moraal van het verhaal? Als ik naar het buitenland ga neem ik mijn hardloopschoenen altijd mee, niet (alleen) omdat ik niet zonder hardlopen kan, maar ook omdat het altijd weer een onvoorspelbare ervaring oplevert. Benieuwd wat Barcelona wat dat betreft in petto heeft.

maandag 14 maart 2011

Wiebelknie

Mijn knieblessure is niet alleen een bedreiging voor mijn hardloop-, maar ook voor mijn blog-ambities (= na elke wedstrijd een post). Aangezien ik net plezier begon te krijgen in het bloggen, hierbij een alternatieve post: mijn eerste bezoek aan de fysiotherapeut.

Sinds mijn wandeltocht in Leiden zit er weinig vooruitgang in de situatie.  Het opzoeken van zachte ondergronden en ingebruiknemen van mijn nieuwe schoenen haalden weinig uit. Na gisteren met gemengde gevoelens langs te kant te hebben gestaan bij de CPC (wat was het leuk om de een na de andere bekende collega-loper met herkenbaar verbeten blik zijn laatste paar honderd meter te zien afleggen, maar wat had ik met zulke mooie omstandigheden ook graag zelf willen lopen...) vandaag toch maar eens naar de fysio.

Dat bezoek begon net zo weinig hoopgevend als dat ik eerder had meegemaakt bij eerste fysio-bezoeken: terwijl ik op de behandeltafel lag lukte het de therapeut maar niet de klachten op te roepen en/of te lokaliseren... Maar toen gebeurde het. Na het verder omschrijven van mijn klachten en mogelijke oorzaken (pijn begint na ongeveer een kwartier hardlopen, bij het wandelen tussen intervallen voel ik een knik, laatste tijd veel wedstrijden gelopen op ongelijk terrein) en het laten zien hoe (erg naar binnen) ik door mijn knie zak, viel alles op eens op zijn plaats: ik heb een wiebelknie!


Tenminste, zo heb ik het instabiele gewricht zelf maar gedoopt. De technische diagnose had iets te maken met verrekte banden, speling daartussen die eerst gecompenseerd werd door vocht maar nu alsnog opspeelt. En teveel naar binnen buigende knieen die mijn gewrichten na voortdurende inspanning extra op de proef stellen. Of zoiets. Whatever. Wat ik wel heel goed onthouden heb is dat er gelukkig een remedie is. Oefeningen!

Volgende week mag ik me in sportkleding melden voor de start van een 6- tot 8-weeks herstelprogramma, deze week kan ik alvast wat voorwerk doen met de 'op-een-been-door-de-knie-zak-oefening'. In al zijn eenvoud bijna altijd en overal uit te voeren. Alvast fantaserend over mijn eerstvolgende wedstrijd (De Groene Halve Marathon in Delft? De 10 km in Leiden? Of eerst maar eens voorzichtig richten op de Golden Ten?),  laat ik me dat geen 2 keer zeggen. Ik heb vanavond grotendeels op 1 been gekookt en afgewassen en sta nu wankelend aan tafel deze weblog te tikken.

En het mooiste is: ik mag gewoon lopen. Wel met mate en op een vlakke ondergrond. Hoe ironisch: er van uitgaande dat ik vooral een goede demping nodig had, koos ik de afgelopen 2 weken zo veel mogelijk voor bos- en zandpaden. Goed dempend, maar funest voor mijn wiebelknie...

Ten slotte, voor de statistieken, mijn bezoek duurde exact 25.17.

zondag 27 februari 2011

Mijn langste kilometers ooit

De laatste kilometers van de Rotterdam Marathon, de voltallige afstand van de enige baanwedstrijd die ik ooit liep (3000 m), de laatste 4 kilometer van een 5 km-wedstrijd waarvan ik de eerste kilometer (voor mijn doen veel te hard) in 3.30 liep, het waren allemaal loodzware kilometers, waar geen einde aan leek te komen. Maar de laatste paar kilometer van de wedstrijd van vanochtend waren misschien nog wel eindelozer...

Terug naar gisteravond: een erg gezellig feestje in Den Haag. De stad waar 2 weken later de CPC halve marathon gepland staat. En met die reden heb ik vanochtend een 10 km wedstrijd in Leiden ingepland. Niet om voluit te gaan, maar om hopelijk vrij ontspannen in 15 km/h uit te lopen. Doel: nog even werken aan de tempohardheid, aan het zelfvertrouwen (dat al flink stijgende was door een groeiende vorm) en misschien ook wel om de rechterknie nog even te testen. De knie die de afgelopen weken tijdens de trainingen maar licht bleef irriteren. Misschien (hopelijk?) als gevolg van versleten hardloopschoenen, die eigenlijk al weer even aan vervanging toe waren. Afgelopen donderdag heb ik eindelijk een nieuw paar gekocht, maar om die meteen al aan te doen bij een wedstrijd lijkt me wat risicovol. Blaartechnisch gezien.

Zondagochtend voel ik me prima. Een beetje weinig geslapen, maar met een alcoholvrij avondje heb ik project 'Testloop Leiden' nog behoorlijk serieus genomen. Serieus blijkt trouwens ook de wedstrijd zelf: er komen zelfs chips aan te pas. Zo ontstaat er bij de start toch nog iets van wedstrijdspanning.

De eerste kilometer gaat in 3.55. Perfect, niet te snel, benen voelen nog goed, ik heb er zin in. Tot toch de knie begint op te spelen...

Bij kilometer 2 is het een af en toe opspelende, lichte irritatie - het gevoel dat ik de afgelopen 2 weken ook telkens kreeg tijdens de intervaltrainingen - bij kilometer 3 gaat het over in een constant aanwezig drukkend gevoel, bij kilometer 4 weet ik dat ik deze wedstrijd niet hardlopend ga volbrengen. Eerst stel ik me als doel om in ieder geval nog het 5 km-bord te halen, maar met elke stap lijkt me dat minder verstandig. Ik ga wandelen.

En dan beginnen ze, de lang(zaam)ste kilometers uit mijn wedstrijdcarriere. Natuurlijk bevind ik me op dat moment op het verste punt van de finish vandaan. Ik vraag nog even aan iemand van de organisatie - die daar toevallig langs de kant staat - of er geen snellere weg is naar start/finish, maar helaas... Er zijn dus 2 mogelijkheden. 5 km terug of 5 km vooruit. Omdat ik niet al te tegendraads wil zijn vervolg ik mijn weg maar in de richting die ik toch al opliep. In een combinatie van wandelen en af en toe licht dribbelen, wat gelukkig nog wel gaat (met 5 km wandelen zou ik er nog een uur over doen, reken ik al snel uit). Ik prijs me gelukkig dat ik die ochtend voor een lange broek heb gekozen, want de omstandigheden (kou, regen, wind) zijn er bepaald niet naar om er dan maar een lekker ontspannen zondagochtendwandeling van te maken.

Als snel gaan mijn gedachten naar de CPC. Dat lijkt een kansloze zaak, als ik het nu nog niet eens 5 km volhoud in het tempo dat ik dan 21 km lang wil benaderen. Of had ik toch gewoon mijn nieuwe superdempende schoenen al aan moeten doen, had ik nu dan nergens last van gehad? Het lijkt me sterk, maar je moet je toch ergens aan vasthouden...

Al strompelend, joggend en pijnzend slepen de kilometers zich voort. Ik weet niet zo goed hoe ik met de (ongetwijfeld zeer goed bedoelde) aanmoedigingen onderweg om moet gaan. Op km 9 loop ik even alleen (gelukkig bevinden zich nog steeds veel lopers achter me) en schreeuwt een doorweekte maar daardoor niet minder enthousiaste Leidse dame me nog onvermoeibaar toe "Nog een klein stukkie! Het gaat hartstikke goed joh!"

50 meter voor de finish maak ik de speldjes los en haal ik mijn startnummer van mijn borst. In plaats van onder het finishdoek door te lopen neem ik de andere kant van het hek en ga ik linea recta naar de kleedkamer, kijken of mijn knie er net zo uitziet als hij voelt. De finishmat wacht nu nog steeds op een signaaltje van mijn chip. Maar liever voor het eerst een wedstrijd niet uitlopen, dan voor het eerst een 10 kilometer boven de 50 minuten.

zondag 6 februari 2011

clingeldaalloop 2011

Tijd: 29:53 Maar dat zegt vrij weinig. Wel relevant: ondanks vormcrisis enorm genoten van het mooie parcours, vol heuveltjes en scherpe bochten. Crossen = cool!

zondag 9 januari 2011

Een dagje Egmond

8.15 De wekker gaat. Vandaag mijn debuut op de halve marathon van Egmond. Ik hoopte van tevoren op hele zware of hele goede omstandigheden. Het wordt het laatste, maar alles is relatief. Het parcours over strand en duinen, de toch wel lage temperaturen en de stevige wind blijven een uitdaging. Ik had gister toch al een beslissing genomen over een korte of een lange broek? Of had ik die nu uitgesteld? Anyway, de twijfel begint opnieuw. Eerst maar even ontbijten dan.

8.45 Tas pakken. Het wordt een korte broek en de lange blijft thuis, kan ik ook niet meer twijfelen...

9.15 Op de fiets naar AV '40. Toch wel fris... Nou ja, die korte broek, daar hou ik aan vast. Maar er zijn nog genoeg keuzes te maken. Zal ik voor korte of lange mouwen gaan? En daaronder? Een thermoshirt, en zo ja met korte of met lange mouwen? Had ik geen handschoenen moeten meenemen voor de eerste kilometers?

9.30 Initiatiefnemer van dit AV '40 weg-uitje is Egmond-veteraan Wessel, tevens chauffeur. Maarten, Remco, Andre, Roel en ondergetekende, iedereen is netjes op de afgesproken tijd aanwezig. De zon schijnt. Op naar Egmond.

9.35 Nog geen 5 minuten onderweg en nu al een euforisch gevoel in de auto: Maarten heeft een thermoskan koffie meegenomen! Remco tijfelt even, meestal valt koffie niet zo goed bij hem op de dag van een wedstrijd. Maar toch doet ie een bakkie mee. Niet zonder gevolgen, zo blijkt later...

10.05 De kleding-discussie wordt in de auto nog even voortgezet. Wessel maakt het voor mij nog even erger door aan te bieden zijn lange broek uit te lenen. En bedankt...

10.45 Na een voorspoedige autorit komen we aan bij de AH in Alkmaar, opstapplaats voor de pendelbussen. Het is nog lekker rustig, we kunnen meteen de eerste bus in. Lekker op tijd, niks geen stress.

11.00 Aankomst bij Sportcentrum De Watertoren. De definitieve kledingkeuzes worden gemaakt (ik: korte broek, thermoshirt met lange mouwen, loopshirt met korte mouwen), de laatste krentebollen worden verorberd, de veters worden nog eens goed gestrikt en de blaas wordt nog even geleegd. Kortom, de vaste patronen voor een grote wedstrijd...

11.40 Er zijn verschillende startvakken met verschillenden starttijden, hier scheiden dan ook onze wegen. Wessel en ik gaan als eerste op weg naar de start. Eerst de tassen afgeven bij een van de vele kraampjes naast het sportcentrum. Prima organisatie! Hoewel later blijkt dat er voor de latere startgroepen flinke rijen onstaan...

11.50 Aankomst bij de start. Een ontspannen warming-up. Even een kijkje bij de zee, pittige golfjes!

12.00 Het startvak in dan maar. Dicht op elkaar en met een laag zonnetje in het gezicht valt het met de kou wel mee.

12.17 Lornah, Hilda en de andere dames worden al weggeschoten. Volgens de speaker is het de bedoeling dat we ze in gaan halen. Ondanks mijn goede vorm lijkt me dat wat hoog gegrepen.

12.24 De zenuwen vallen mee. Benen voelen supergoed, het zonnetje schijnt, wat kan mij gebeuren!?

12.25 Boem. En weg.

12.29 Eerste km gaat uiteraard te hard, maar niet veel te hard. Ik passeer Wessel. 'Succes.' 'Zet 'm op.'

12.37 Na een gezellig 'rondje om de kerk' gaat het dan echt beginnen. De strandopgang. Het zand is mul, maar de weg naar de vloedlijn maar kort. Eenmaal daar aangekomen blijkt er zoals gehoopt inderdaad een breed, hard stuk strand te liggen. Maar de wind is fors. De volgende 7 km zal hij pal tegen gaan waaien.

12.54 Zucht. Steun. Net als bij voorgaande strandwedstrijden krijg ik het weer niet voor elkaar bij een waaier aan te sluiten. Elk groepje dat me inhaalt gaat net even te snel en ik vind het zonde of heb het geduld niet om me terug te laten zakken in een langzamer groepje. Bovendien is er niet sprake van 1 lang lint (zoals ik dat van de verhalen kende) maar lopen er verspreid over het strand verschillende groepjes, dankzij het brede stuk harde strand. Elk voordeel hep ze nadeel. Ook in het hardlopen.

13.07 Na 7 km vrijwel volledig alleen tegen de wind in buffelen kan ik eindelijk van het strand af. Maar eerst nog even een klim door het mulle zand. Gevolgd door nog een klim, van Ikea-heuvelachtige proporties. De benen staan op knappen maar het hier luidkeels aanmoedigende en met ter plekke uitgedeelde Saucony-belletjes rinkelende publiek maakt veel goed.

13.11 Eenmaal boven gekomen linksaf het Noordhollands Duinreservaat in. Opeens valt alles weg; de geluiden van het publiek, het suizen van de wind en zelfs even de pijn in de benen. Over een glooiend soort van 'hooipad' is er een bijna surrealistische oase van rust. Hier valt inhalen niet mee begreep ik van tevoren al. Er staan zelfs bordjes die de 'langzame' lopers vriendelijk adviseren rechts aan te houden. Gelukkig heb ik zelf alle ruimte. Die wedstrijdlicentie (en daarmee het vooraan starten) is in Egmond goud waard!

13.19 De Herderslaan op. Hier gaat de turbo aan. Gelukkig maar, want later hoor ik dat Wessel hier maar 50 m achter me zit. De sluwe oude vos...

13.35 Ik heb het ritme nu echt te pakken. Een paar km lang kan ik een tempo vasthouden van 4.15 min/km. Zou die 1.30.00 er misschien toch inzitten? Dan bedenk ik me opeens de waarschuwing die ik vooraf van Wessel kreeg over...

13.50 ...de Bloedweg. Op een kleine 2 km voor de finish, de sadisten... Hij is niet supersteil maar er komt geen eind aan. Egmond blijkt zijn eigen Kralingse bos te hebben, met soortgelijke mannen met hamers. Gelukkig staan er hier wel weer veel enthousiaste Egmonders langs de kant. Wat nou nuchtere Noord-Hollanders?

13.54 De vuurtoren. Nog 200 meter. Het lijkt net of ik stil sta. Wat ik zeker weet is dat alles pijn doet. Steken in beide zijen, in mijn knie, mijn bovenbenen... Ik put er kracht uit dat ik het maximale eruit gehaald heb...

13.55 ...helaas is dat alleen net niet genoeg voor de magische 1.30.00 grens. 28 seconden kom ik tekort...

13.57 Gelukkig is mijn andere doel wel geslaagd, Wessel voorblijven. Mijn doel is 1 sec sneller, het worden er zelfs 100. Wel wint hij de epiloog; het uitlopen naar de sporthal. Zelfs een drafje zit er bij mij niet meer in.

14.15 t/m 15.15 Een voor een druppelen de andere AV '40'ers binnen. Remco blijkt zijn kopje koffie te hebben moeten bekopen met maagklachten en heeft onderweg zelfs een Dixie moeten opzoeken. Maarten loopt fluitend naar 1.35.29 en heeft schijnbaar alleen maar genoten. Roel loopt een knappe 1.54 en blijkt achteraf echt een paar startvakken te ver naar achter te hebben gestaan. Andre ten slotte heeft het startnummer van de op het laatste moment door een blessure afgehaakte Wilma eervol gedragen; de zelf gecreeerde 'I love Wilma'-creatie op zijn borst bleek vleugels te geven.

Vlnr Roel, Remco, Andre, Ton, Wessel en Maarten

15.45 De pendelbus weer in richting Alkmaar. Met enig geluk ontlopen we de lange rijen en zijn we in een mum van tijd weg. Complimenten voor de organisatie!

16.00 Terug bij de auto. We gaan dan nog uit van een vlekkeloze terugreis, tot we terechtkomen in een onverwachte, onverklaarbare en oneindige...

16.30 ...file!

17.40 We rijden weer, maar inmiddels is het niet moeilijk meer na te gaan dat we al langer in de auto zitten dan de tijd die het kost 21,1 km door Egmond te rennen...

18.00 Terug bij het hek van AV '40. Ach, zo'n file mag de pret niet drukken, de fietsen staan er in ieder geval nog!

22.00 Na een hete douche, heel veel drinken en een groot bord eten vallen de ogen langzaam dicht. Het was een mooie dag. De hoofdpijn, de stijve bovenbenen (en de wetenschap dat die alleen maar stijver worden de volgende dagen), de pijnlijke knie, ze zijn het waard. Egmond, bedankt en tot volgend jaar!